Mij overkomt een gevoel van plaatsvervangende schaamte voor de bijval en empathie die nu ook vanuit Nederland worden uitgesproken over de ontwikkelingen in Egypte. Zowel onze premier als de minister van Buitenlandse Zaken put zich uit in de grootste blijdschap en meelevendheid, niet schromend om hieraan allerlei verwachtingen (ik hoor zelfs “ik wil”) toe te voegen over wat er allemaal in Egypte moet gebeuren en welke hulp en bijstand wij daaraan vanuit Nederland kunnen geven.
Dit alles enkel vanwege het vertrek van een president die in de afgelopen dertig jaar ook in Nederland geen spoor van kritiek heeft opgeroepen. Echt verschrikkelijk. Terughoudendheid in alle opzichten is geboden. Niet alleen omdat een president is vertrokken die de macht heeft overgedragen aan het leger (het is ironisch dat de VS en Iran beide de victorie roepen) maar ook omdat wij niet per se weten welke rol de landen in het westen kunnen spelen bij de verdere ontwikkelingen in deze regio. Ik zou in dit stadium zeggen integendeel.
Goede bedoelingen gaan in het internationaal verkeer meestal gepaard met flink opgestoken vingers. Dit proces word ronduit morsig als hierin ook eigen belangen een rol spelen. Dat is in onze verhoudingen met het Midden-Oosten natuurlijk alleszins het geval, hoezeer wij dit ook verpakken in ons universalisme (normen en waarden zoals mensenrechten en democratie die behoren te gelden voor iedereen).
De massale roep om verandering in Egypte lijkt echter deel van een breder gistingsproces in het Midden-Oosten waarvan de reikwijdte en implicaties op langere termijn verre van duidelijk zijn. Het valt in de tijd samen met andere, wereldwijde gistingsprocessen die niet alleen (en waarschijnlijk niet in de eerste plaats) te maken hebben met macht en democratie maar ook met de toegang tot de meest primaire levensvoorwaarden
De toekomst vloeit waar het geld spreekt. Voorshands is dat de enige houvast. Amerikaans geld zal niet ophouden naar Egypte te stromen. Hooguit zal in de bestemming hiervan enige aanpassing plaatsvinden. Zolang als tegenprestatie de zekerheid blijft bestaan dat olie zonder probleem door de pijpen van de regio stroomt, zal voorlopig niet veel veranderen.
Dit alles enkel vanwege het vertrek van een president die in de afgelopen dertig jaar ook in Nederland geen spoor van kritiek heeft opgeroepen. Echt verschrikkelijk. Terughoudendheid in alle opzichten is geboden. Niet alleen omdat een president is vertrokken die de macht heeft overgedragen aan het leger (het is ironisch dat de VS en Iran beide de victorie roepen) maar ook omdat wij niet per se weten welke rol de landen in het westen kunnen spelen bij de verdere ontwikkelingen in deze regio. Ik zou in dit stadium zeggen integendeel.
Goede bedoelingen gaan in het internationaal verkeer meestal gepaard met flink opgestoken vingers. Dit proces word ronduit morsig als hierin ook eigen belangen een rol spelen. Dat is in onze verhoudingen met het Midden-Oosten natuurlijk alleszins het geval, hoezeer wij dit ook verpakken in ons universalisme (normen en waarden zoals mensenrechten en democratie die behoren te gelden voor iedereen).
De massale roep om verandering in Egypte lijkt echter deel van een breder gistingsproces in het Midden-Oosten waarvan de reikwijdte en implicaties op langere termijn verre van duidelijk zijn. Het valt in de tijd samen met andere, wereldwijde gistingsprocessen die niet alleen (en waarschijnlijk niet in de eerste plaats) te maken hebben met macht en democratie maar ook met de toegang tot de meest primaire levensvoorwaarden
De toekomst vloeit waar het geld spreekt. Voorshands is dat de enige houvast. Amerikaans geld zal niet ophouden naar Egypte te stromen. Hooguit zal in de bestemming hiervan enige aanpassing plaatsvinden. Zolang als tegenprestatie de zekerheid blijft bestaan dat olie zonder probleem door de pijpen van de regio stroomt, zal voorlopig niet veel veranderen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten