vrijdag 31 juli 2015

DE EVOLUTIE VAN ROUTINE

 
 
Het kopiëren van teksten was in de middeleeuwen een hoogwaardige taak. De hele Europese beschaving leunde erop. Nu levert het maken van kopieën geen enkele arbeidsplaats op. Anderzijds: door kopieermachines en drukpersen en door de digitale verspreiding van informatie met muisklikken hebben wij de handen steeds meer vrij (gekregen) voor andere, meer hoogwaardige taken. Waar in de wereld zijn er nog typistes?
 
Dus er is een plus. Zo is het in de mensengeschiedenis steeds gegaan. Van regulering, via mechanisering naar automatisering en informatisering. Maar dit betekent wel dat het gemiddelde opleidingsniveau van de bevolking door de generaties heen idem zo gestaag moet toenemen. We moeten elke generatie opnieuw die (meer) hoogwaardige taken wel leren vervullen, liefst meer. Hoogwaardig genoeg om nieuwe energiebronnen te ontwikkelen, grondstoffenschaarste, overbevolking en klimaatvraagstukken op te lossen. Dat is onze overlevingsuitdaging.
 
Die van onze verre voorouders waren voedsel en veilige schuilmogelijkheden. De jacht, de burenstrijd. Hoewel geen van die problemen wereldwijd uitgebannen zijn, stijgt toch de gemiddelde routinisering op Aarde (of per hoofd van de wereldbevolking). Een belangrijke vertragende factor, ook bij ons, is het onderwijs. Dit terwijl het de versnellende factor bij uitstek zou moeten zijn.
 
“Onderwijs is debiliterend”, zei een collega een keer bij het adviesbureau waar ik jaren geleden werkte. Nieuwsgierigheid wordt getemd, geautomatiseerde examensystemen toetsen de voortgang volgens nauwkeurig gebaande paden. Het onderwijs loopt stelselmatig achter op de veranderingen en een groot aantal docenten staat helemaal stil.
 
Waar zit het onderwijs op de (evolutie)schaal van routine? Anderzijds: het is juist in het onderwijs dat kinderen die hele evolutie ook zelf doorlopen. Van veilig vuur maken tot de belangrijkste aspecten van mechanica en elektronica. Belangrijk met name in de praktijk. Banden plakken of zonder Tomtom de weg vinden, dat soort dingen.
 
Op geheel andere schaal moeten wij ook in onze economie en in onze sociaal-economische verhoudingen van die voortgaande evolutie rekenschap geven. Wat doen we als mensheid wanneer wij onze laatst overgebleven baan op Aarde hebben overgedragen aan een robot?
 
Zover zijn we bij lange na niet, als we dat al zouden willen (of kunnen), maar wij zijn wel op die weg. Gaan we afslaan omdat we robotisering niet aandurven? Gaan we net doen alsof het allemaal gewoon bij het oude blijft en zien wij gestaag groeiende legers werklozen? De vragenlijst is oneindig. Maar of wij het willen of niet, onze grootste ambitie, ons leven makkelijk en prettig (en vooral ook lang en gezond) maken is tevens onze grootste innerlijke vijand. Macro gezien riskeren wij de uitbraak van het grootst mogelijke wereldconflict over de laatst resterende bronnen van welvaart op Aarde. Dat laten wij toch niet gebeuren?
 
Toch zijn wij op die weg. Zonder ingrijpen op wereldniveau zal het grote kapitaal slaven van ons maken, hangend aan onze apps, in een limbo van survival en tóch die ene vakantie kunnen maken. Wij weten ons omringd met hongerige wolven, ja echt hongerig, die er alles aan zullen doen om de boterhammen die wij hebben zelf naar binnen te werken. Niet goedschiks, dan kwaadschiks. Wolven met wapens.
 
Dit drijft wel erg ver weg van het kernthema, de veraangenaming van ons bestaan, denkt men misschien. Nee. ik geloof niet dat ik ver weg zit. De verdere ongebreidelde wens tot veraangenaming brengt die ellende juist dichterbij als wij ons van de consequenties niet bewust worden. Op verschillende niveaus. Onderwijs, economie, inkomensvorming en arbeid. Vrede en veiligheid zeker ook. Wat nu in het Midden-Oosten gebeurt is slechts een begin.
 
Terug naar de routine. Meer routine is goed. Natuurlijk. Maar telkens is het onze opgave om de meeropbrengsten van extra routine delen over de hele bevolking (en dus niet enkel ten goede te laten komen aan het kapitaal). Datzelfde dient tevens te gebeuren op wereldniveau. Laten we alles op alles zetten om de landen zoals die in het Midden-Oosten zich te ontwikkelen naar nieuwe, meer vreedzame routines waarvan iedereen profiteert.