zaterdag 18 februari 2017

OOK ONS TIJDPERK KAN BEZWIJKEN AAN ZIJN VOORUITGANG



Ik opgegroeid in de jaren ’60, in een wereld van optimisme en voortdurende innovatie. De jaargangen van de automodellen bepaalden mijn tijdrekening. Wij hadden een zonnige kijk op de toekomst en deze kon niet spannend genoeg zijn. Ik heb al eens eerder geschreven over de geschiedenis van onze toekomstverbeelding en de magie van – de gedachte aan – het jaar 2000.

Onze wereld maakte een welvaartssprint na de periode van de naoorlogse wederopbouw. Dit ging ook met tegenstellingen gepaard (Oost – West), maar daarin waren scheidslijnen duidelijk én fundamenteel. Debatten waren inhoudelijk en principieel. Onrust was er vooral door de aanstormende jeugdcultuur die flink aan de poten zaagde van de – toen – gevestigde orde. Het was een vrolijk en lawaaiig proces van generatiewisseling dat bij ons zelf enkel romantische herinneringen oproept.

Europa werd opgetrokken, als eenheid voor het eerst in de geschiedenis. Uiteindelijk kwam er zelfs een Europese munt, wie had het durven dromen? Meer dan zeventig jaar vrede in ons werelddeel: het is nog nooit vertoond. Wij hadden leiders – in een werkend democratisch bestel - die hun verantwoordelijkheid namen.

Opnieuw zijn de grenzen bereikt van de heersende orde. En als het alleen daar om ging, zou het nog meevallen. Er is natuurlijk meer aan de hand. We hebben ook de grenzen bereikt van ons vermogen tot duurzame welvaartsontwikkeling. De plussen in onze huidige economie zijn niet meer dan een laatste stuiptrekking van een nagenoeg uitgeputte economische orde. Financiële macht en politieke verantwoording lopen te ver uiteen. De grenzen aan de groei (we zeiden het al in 1972), de grenzen aan onze schone lucht (CO2 toename), grondstoffen en vooral brandstoffen zullen ons op enig moment definitief op de knieën dwingen.

Dit alles leidt tot grote rommeligheid in de publieke ruimte. Populisme ontstaat wanneer knellende omstandigheden ons boven het hoofd groeien. Het voedt zich met de weerstand die velen koesteren tegen intellectuele oefening, tegen diepgang, tegen academische reserve en kritische beschouwing. Het is allemaal te complex. Populisme is simplisme. Nog even, en wij worden – niet voor het eerst in de geschiedenis – geregeerd door de terreur van de onderbuik. 

Nu krijgen zogeheten leiders de kans die feiten aan hun laars lappen en die openlijk hunverantwoordelijkheid miskennen. Zelfzucht en egotripperij vieren hoogtij. Zij brengen ons geen stap verder, eerder het tegendeel. Zelfs is er nu een Amerikaanse president die pijplijnen laat aanleggen ter wille van “the old days”. Onze wereld loopt hiermee grote risico’s. De complexiteit en onderlinge verbondenheid van de opgaven waarvoor wij staan zijn daarvoor te aanzienlijk. 

We moeten ons niet laten misleiden. Want het zijn inderdaad slechts stuiptrekkingen. Het beeld doemt op van een wereld die aan de vooravond staat van zijn Apocalyps. De angst voor verandering en de weerstand tegen complexiteit of eigenlijk alles dat indruist tegen de oude vertrouwde spruitjeslucht zorgen er ten slotte voor dat het hele naoorlogse bouwwerk van vrede en welvaart in elkaar stort. Maar ik ben geen doemdenker. Nog kunnen wij het tij keren. Dat dit alsnog een revolutie vergt van enig formaat doet hieraan niet af. Rustig zal het voorlopig niet worden. Het plebejisch rumoer dwingt tot nadenken en misschien opnieuw tot opstaan. Dat laatste wil ik graag nog neemaken. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten